We streven er naar
dat iedereen lekker
in zijn vel zit.

Artikelen

De betekenis der röntgencontactherapie voor de dermatologie - Eduard Hubertus Hermans (1894-1981) (2021-10)

Artikel in PDF
Henk Menke, dermatoloog

De in Maastricht geboren Eddy Hermans studeerde geneeskunde in Utrecht en deed de eerste stap in zijn carrière: assistent op de afdeling dermatologie van het Militair Hospitaal in dezelfde stad. In 1919 vertrok hij naar Nederlands-Indië, waar hij eerst werkte op de afdeling huid- en geslachtsziekten van een militair hospitaal (Java) en daarna in de lepra- en framboesiabestrijding (Molukken). Vanaf 1924 was hij assistent op de afdeling dermatologie in Leiden. In 1928 promoveerde hij aldaar op een proefschrift over framboesia tropica en in 1932 volgde zijn benoeming tot lector tropische dermatologie. Als medeoprichter en bestuurder van de Q.M. Gastmann-Wichersstichting zette hij zich in voor leprapatiënten in Nederland, afkomstig uit Indonesië en Suriname. Hermans vestigde zich in 1925 als dermatoloog in Rotterdam en was in 1927 medeoprichter van het Havenziekenhuis. Op zijn instigatie kwamen vanaf 1933 adviesbureaus voor geslachtsziektebestrijding van de grond (aanvankelijk in Zuid-Holland, later in heel Nederland), voor behandeling en epidemiologisch onderzoek. Hij legde de grondslag voor het SOA-researchprogramma van zijn opvolgers (Cornelis Beek en Ernst Stolz) aan de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR). In 1958 volgde zijn benoeming tot buitengewoon hoogleraar in de dermatologie in Utrecht, ten behoeve van de Stichting Klinisch Hoger Onderwijs in Rotterdam, voorloper van de medische faculteit van de EUR. De door hem opgeleide dermatologen bleven ook na hun opleiding, mede dankzij zijn bezieling, trouw de tweewekelijkse patiëntendemonstraties in Rotterdam bijwonen. Hij schreef diverse dermatologieboeken en wetenschappelijke artikelen over dermatologie, venereologie en tropische ziekten. Met zijn publicatie over een syndroom dat hij als vijfde facomatose duidde (1959) was hij het basaalcelnaevussyndroom op het spoor, nog net voor de baanbrekende publicatie van Gorlin en Goltz (1960). Hermans was ook publicist van fictie en non-fictie. Zo schreef hij een tweedelige bundel over humor in de geneeskunde (1961, 1962) en een autobiografie (1976). Hij was een eminent clinicus, maar moest niet veel hebben van moderne laboratoriumtechnische ontwikkelingen, die hij “dermatologie in een reageerbuisje” noemde. Hij was een levensgenieter die humor als een van de belangrijkste factoren beschouwde om fleur en charme aan het bestaan te geven.