We streven er naar
dat iedereen lekker
in zijn vel zit.

Artikelen

Tatoeages - Tatoeage-complicaties bij psoriasispatiënten (2020-05)

Artikel in PDF
A.L. Nguyen | Aios Dermatologie, LUMC, Leiden | Ly Nguyen: a.l.nguyen@lumc.nl

Wereldwijd worden er tatoeages gezet; in de westerse populatie is de geschatte prevalentie 10-30%. Voor patiënten met psoriasis is de huidige aanbeveling om tatoeëren te mijden als de ziekte actief is en tijdens behandeling met immunosuppressiva. Ondanks het ontbreken van bewijs voor deze aanbeveling, zijn dermatologen vaak terughoudend met adviseren van tatoeages bij psoriasis 

Grodner et al. onderzochten in een multicenter, cross-sectionele studie tatoeage complicaties bij 2.053 patiënten met psoriasis die van april t/m augustus 2018 een dermatologisch spreekuur bezochten in Frankrijk. Tijdens dit consult vulde de dermatoloog vragenlijsten in met karakteristieken van de patiënt, de psoriasis en eventuele tatoeage(s). De dermatoloog beoordeelde elke tatoeage afzonderlijk. Complicaties na tatoeage stelde men retrospectief vast aan de hand van vooraf gedefinieerde diagnoses. 

Van de 1.639 niet-getatoeëerde patiënten zou 15,4% een tatoeage willen; bijna de helft van hen zag hiervan af vanwege de psoriasis of op advies van hun arts. De onderzoekers vonden 894 tatoeages bij 414 (20,2%) patiënten; van hen had 72,5% plaque-type psoriasis (gemiddelde PASI 13.1). 542 (61,7%) tatoeages werden gezet na het ontstaan van de psoriasis. Ten tijde van het tatoeëren kregen 72 patiënten een behandeling met topicale steroïden of vitamine D analogen, 56 patiënten met lichttherapie of orale immunosuppressiva en 67 patiënten met een biologic. Bij 58 (6,6%) patiënten werden er complicaties gerapporteerd: Köbner-fenomeen (3,0%), oedeem (2,1%), pruritus (2,7%), lokale infectie (0,7%) en allergie (0,2%). In de actief behandelde psoriasisgroep vond men significant vaker lokale complicaties (P < 0.0001; vaker bij lichttherapie of orale immunosuppressiva [14,3%] en biologics [22,4%], P = 0.03) en exacerbatie van de psoriasis (n = 29, 3,2%, P = 0.0002). Bij 3 patiënten veroorzaakte het tatoeëren een exacerbatie van de artritis psoriatica. Er werden geen granulomateuze, lichenoïde of fotosensitieve reacties gerapporteerd. 

Conclusie 

Tatoeage-complicaties komen weinig voor bij psoriasis, maar complicaties worden wel significant vaker gezien bij patiënten met een actieve en behandelde psoriasis ten tijde van het tatoeëren. Enkele beperkingen van dit onderzoek: het retrospectieve karakter, de mogelijke recall bias en de exclusie van type IV allergische reacties.