Artikelen
Vereniging - Interview met Tamar Nijsten “Weg met de Calimero-reflex!” (2021-07)
Artikel in PDF
J.J.E. van Everdingen, F. Meulenberg
Hoe ben je voorzitter geworden van de NVDV?
“Het antwoord op deze vraag is een pleidooi dat we ons harder inzetten voor het gemeenschappelijke doel. Het eenvoudige antwoord is: het komt op je pad en het hoort er bij dat je de verantwoordelijkheid neemt als die gelegenheid zich voordoet.” Helaas zijn de bestuursfuncties steeds lastiger in te vullen. Het kost blijkbaar veel tijd, de ambitie ontbreekt of het nut van de investering is onduidelijk. Schouderophalend: “Ik weet het niet.” Hij vervolgt: “Ik zou er echt voor pleiten dat grote maatschappen fte vrijmaken voor het invullen van NVDV functies. Op de lange termijn maken zij het verschil voor de rest en op korte termijn leren de leden hoe de organisatie werkt. Ask not what your country can do for you, ask what you can do for your country, ontleend aan de inaugurele rede van John F. Kennedy, was de titel van mijn eerste editorial en de tweede had de titel 10% zet zich in en 90% vraagt waarom er niks gebeurt. Dat vat het wel samen.”
Hoe zou de NVDV zich nog verder moeten ontwikkelen?
“De NVDV moet zich blijven professionaliseren zodat de input van de dermatologen echt van toegevoegde waarde is en dat die input vertaald wordt in professionele organisatie die het vak verder brengt. Betaalde directeuren, projectmanagers, kwaliteitsmedewerkers, administratie, etc.
Hoe zie jij de ontwikkelingen in de cosmetische dermatologie?
“Persoonlijk heb ik niet zoveel met de cosmetische dermatologie. Ik heb niet de juiste moleculen om met deze groep patiënten dan wel cliënten om te gaan. Tegelijkertijd is het vreselijk belangrijk dat de dermatologen een duidelijke positie hebben in dit speelveld en dat dat niet beperkt blijft tot een paar welluidende namen. We proberen vanuit het Erasmus MC de complicaties van cosmetische behandelingen op te vangen en de basis mee te geven aan onze aios en perifere collega’s. Dat laatste blijkt lastig te zijn omdat het patiëntenaanbod in de academie gewoon klein is. Wat ik mooi vind, is de kruisbestuiving waarbij cosmetisch behandelingen worden ingezet voor medische indicaties, denk daarbij aan de lipofilling voor uitgebluste sclerodermie of toxines voor therapieresistente pernionen.”
Welke thema’s speelden er in de jaren van jouw voorzitterschap?
“Het was het tijdstip interne strubbelingen, het oprichten van de FMS, de marktwerking in de zorg, kwaliteitsregistraties, het digitaliseren van de organisatie (D-page) en de stormachtige relatie met het Huidfonds.”
Waar ben je niet in geslaagd?
“Persoonlijk had ik heel graag een beknopte registratie gehad van onze ‘uitkomsten’ in de dermatologische zorg. Niet meer dan 5 vragen per ziektebeeld die door iedereen werden ingevuld. De ziektebeelden zouden dan wisselen als de kwaliteit op orde was. Niet alles tegelijk en ‘in der Beschränkung zeigt sich erst der Meister’. Het is me niet gelukt. Ook niet op mijn eigen afdeling trouwens.”
Wat maakte de bestuursvergaderingen tot iets speciaals?
“Als je een groep geïnspireerde en gemotiveerde mensen bij elkaar zet, gebeuren er altijd mooie dingen.”
Heeft het voorzitterschap je ook iets opgeleverd in jouw persoonlijke ontwikkeling / in jouw werk?
“Absoluut. Het is de beste manier om alle spelers in het Nederlandse zorglandschap te leren kennen. Ik heb het bureau letterlijk gevraagd een lijstje voor mij te maken met de afkortingen van alle organisaties en hun rol in het spel. Voordien was het voor mij van de klok en de klepel. Afkortingen zoals BOLS, COTG, FOBO ZiNL, GVO, KNMG, HKZ, NIAZ, RGS, VWS, JGZ, NVZ, NFU, OMS, FMS… werden concreter.” Zonder voorbehoud: “Zonder de NVDV ervaring was ik niet op zo’n jonge leeftijd afdelingshoofd geworden, dat is zeker.”
Wat heeft het voorzitterschap je gebracht?
“Het heeft me managementervaring gegeven die ik elders niet had kunnen opdoen. Het heeft me ook geleerd dat veranderingen in organisaties lastig en traag zijn. Elke voorzitter had vast een idee dat hij/zij graag wilde realiseren, maar ik heb slechts een deel van mijn doel bereikt. De NVDV is geen tanker, want daar is ze te klein voor, maar eerder een kruiwagen met 600 eigenzinnige kikkers. Net zo lastig te managen.”
Welke eigenschappen had je niet?
“Geduld. Ik dwing mezelf om zo lang mogelijk te luisteren. Soms gaat dat beter dan andere keren.”
Heb je een motto?
“Droom groot en hardop! Investeer in je droom en laat je niet te veel afleiden door de actualiteit, houd het punt op de horizon te allen tijde in het vizier. Daarbij vind ik echt dat we trots moeten zijn op ons vak en de rol die we hebben in en buiten het ziekenhuis. Dus weg met de Calimero-reflex!”