We streven er naar
dat iedereen lekker
in zijn vel zit.

Artikelen

Voorwoord - Primum non nocere (2021-02)

Artikel in PDF
R.C. Beljaards

Op de achterkant van het boek Dit nooit meer staat de volgende spreuk: ‘Er zijn twee soorten artsen. Zij die een serieus incident hebben meegemaakt in hun carrière, en zij bij wie dat nog staat te gebeuren.’ Toen ik enige tijd geleden op zoek was naar een waarnemer en een gepensioneerd collega dacht te hebben gestrikt, belde hij na een week toch af met de woorden: ‘Ik heb mijn pensioen gehaald zonder een tuchtzaak, ik durf niet in mijn nadagen alsnog het risico te lopen.’ Ik herkende zijn gevoel, ik denk dat we allemaal wel één of meerdere casus hebben meegemaakt waarbij je het gevoel hebt langs de rand van de afgrond te zijn gescheerd. Het thema van deze editie is tuchtrecht. Vooral wil ik mijn respect uitspreken voor de collegae die het aandurfden hier over hun zaak te vertellen aan hun beroepsgenoten. Want nog immer heeft een tuchtzaak een zeer negatieve connotatie. Het ondergaan van een aanklacht voor tuchtrecht heeft (om bij dermatologische termen te blijven) iets van een soa; je wilt het niet oplopen en als je het al oploopt dan praat je er bij voorkeur met niemand over. Die negatieve bijklank zit deels besloten in de term tuchtrecht zelf. Volgens van Dale betekent ‘tuchtigen’: discipline bijbrengen of heropvoeden. Heropvoeden zoals Navalny die naar een strafkamp wordt gestuurd terwijl je zeker weet dat er geen grond is voor die straf. Ofschoon een arts de eed aflegt geen schade toe te zullen brengen (primum non nocere) blijft zijn of haar handelen echter onvermijdelijk ontvankelijk voor missers en fouten. Wanneer deze fout niet aan de hoge verwachtingen van de patiënt voldoet, kan dit leiden tot een klacht, of erger, een juridische aanklacht.

In het boek Zomerhuis met zwembad beschrijft Herman Koch een huisarts die wraak wil nemen op een vriend die hij ten onrechte verdenkt van verkrachting van zijn dochter. Hij neemt een biopt uit iets wat hij herkent als een huidmetastase, maar stuurt het weefsel vervolgens niet op. Later vertelt hij de vriend - en inmiddels patiënt - dat de patholoog het biopt als goedaardig beoordeelde. Gelukkig ontkomt deze huisarts niet aan de gevolgen van zijn vileine daad en eindigt hij voor de tuchtrechter. Anders dan in deze vertelling komt in de echte wereld een klacht bijna altijd voort uit de normale, dagelijkse praktijkvoering. Regelmatig betreft het een patiënt met wie de arts dacht een goede verhouding te hebben, of ligt het moment van behandeling reeds vele jaren in verleden. Het geheugen over de casus is dan nog zelden helder en moet men vertrouwen op goede documentatie in het EPD; geen sinecure in deze tijd die naast de statusvoering een veelvoud aan andere administratieve handelingen vereist. Het is niet meer dan twintig jaar geleden dat William Faber in het Barbizon Hotel te Amsterdam de dermatologen richtlijnen gaf welke items het toen nog papieren dossier zou moeten bevatten. Sindsdien zijn we opgestoomd in het kwaliteitsbeleid en de bijbehorende audits van toezichthouders. In mijn eigen ZBC vond vorig jaar de visitatie van de beroepsvereniging plaats. Vervolgens kwam een visiterend team van de IGZ langs, enkele weken geleden volgde een audit van de ziekenhuishygiënist en vorige week kreeg de OK deur, met dank aan Kone, weer een nieuwe sticker. Over twee weken staat opnieuw de visitatie voor het KIWA-keurmerk gepland, na een eerdere audit vorig jaar. Dit alles gaat in coronatijd gewoon door. We doen er alles aan om de kwaliteit van medisch handelen te verhogen ter verkleining van de kans op risico’s en medische fouten. De vraag rijst of al dit kwaliteitsbeleid het risico op een tuchtzaak kan verminderen. Uiteraard is het belangrijk dat alle randvoorwaarden voor best clinical practice worden geoptimaliseerd. Maar uiteindelijk biedt het zelden inzicht in het meest cruciale moment: de ontmoeting tussen patiënt en dokter binnen de vier muren van de spreekkamer.

Het tegenovergestelde van tucht is ontucht. En zo kom ik toch nog even bij Navalny, gestraft wegens het verzaken van een meldingsplicht bij de Russische instantie. Dat hij op dat moment in doodstrijd lag na een moordpoging op hem uitgevoerd door diezelfde instantie, mag niet als reden gelden. Kafka in het kwadraat, de paarse krokodil kunnen we laten leeglopen en definitief opbergen. Over deze Navalny vroeg ik mij de afgelopen maanden af: waarom? Waarom die novitsjok in zijn onderbroek? Waarom getroostte de FSB zich de moeite om het zenuwgif juist daar aan te brengen en niet - veel eenvoudiger - aan zijn deurknop (zoals bij Skripal en zijn dochter in Salisbury) of aan zijn theebeker op het vliegveld? Het antwoord op die vraag las ik recent: van alle huid is het scrotum het meest permeabel. Dus voor de balzak is minder gif nodig en laat het ook minder sporen na. Primum non nocere. Mannen, wees gewaarschuwd.

Literatuur 

- Matthijs Buikema. Dit nooit meer. Artsen vertellen over hun incident. Kwaliteitsinstituut voor gezondheidszorg CBO, Utrecht 2009.
- Anneloes Rube. Steeds meer tuchtklachten. Medisch Contact 2012; 67: 2758-61.
- Herman Koch. Zomerhuis met zwembad. AmbolAthos, Amsterdam 2017.

Correspondentieadres 

Rob Beljaards
E-mail: r.beljaards@nvdv.nl